Nederlandse tennissers sturen Nadal met pensioen, Oranje naar halve finales Davis Cup. Dat kopte de NOS gisteren.
Met tranen in zijn ogen heeft Rafael Nadal, een van de grootste tennisspelers aller tijden, zijn professionele carrière afgesloten. De 38-jarige Mallorcaan kondigde zijn afscheid aan na de verrassende 1-2 nederlaag van Spanje tegen Nederland in de kwartfinale van de Davis Cup Finals in Málaga. “Ik wil niet herinnerd worden aan mijn titels, maar als een goed mens uit een klein dorp op Mallorca,” zei Nadal tijdens zijn emotionele afscheidsspeech.
Een indrukwekkende loopbaan
Nadal’s carrière is er een van ongeëvenaarde successen: 22 Grand Slam-titels, waarvan 14 op Roland Garros, en een Olympische gouden medaille. Hij groeide uit tot een icoon, maar blessures speelden de laatste jaren een grote rol in het vertragen van zijn ritme. Zijn laatste Grand Slam-zege dateert van 2022 op de French Open.
Na maanden van intensieve training in zijn eigen academie op Mallorca probeerde Nadal zich fysiek klaar te stomen voor een waardig afscheid in de Davis Cup. Zijn openingspartij tegen Botic van de Zandschulp liet echter zien dat de lichamelijke tol van 22 jaar topsport niet langer te verbergen was. De nederlaag in twee sets luidde het einde van zijn indrukwekkende loopbaan in.
Emotioneel afscheid
Het afscheid werd in Málaga aanvankelijk gekenmerkt door een onverwachte stilte. Pas later op de avond organiseerden de organisatoren een ceremonie. Terwijl zijn vrouw Maria en hun tweejarige zoon Rafael op de tribune toekeken, bedankte Nadal zijn familie, coaches en fans in een lange speech.
De tranen kwamen pas toen videoboodschappen van oude rivalen zoals Roger Federer en Novak Djokovic en Spaanse sportlegendes zoals Andrés Iniesta en Raúl op een groot scherm verschenen. “Ik heb altijd mijn best gedaan en ik ben een kind dat zijn dromen heeft nagejaagd. Dat ik méér heb bereikt dan ik ooit had durven dromen, maakt me enorm dankbaar,” sprak Nadal tot het publiek.
Een icoon neemt afscheid
Nadal, die zijn hele carrière trouw bleef aan zijn roots op Mallorca, wordt niet alleen geprezen om zijn prestaties, maar ook om zijn karakter. Zijn nalatenschap als een van de beste sporters ter wereld én als een ambassadeur van Mallorca zal nog lang voortleven. Fans over de hele wereld zullen zijn vechtlust, sportiviteit en nederigheid blijven herinneren.
Met het einde van Nadal’s carrière sluit het tennis een hoofdstuk af dat generaties inspireerde. Zijn laatste woorden klonken door het stadion, terwijl de menigte hem een laatste ovatie gaf: “Het was een eer.”
Davis Cup op Mallorca
Twintig jaar geleden speelde Spanje ook tegen Nederland om de Davis Cup. De destijds 17-jarige Rafael Nadal sprak zijn wens uit de wedstrijden op Mallorca te laten plaatsvinden, het eiland waarop hij opgroeide, net als zijn voorbeeld Carlos Moyá. De Spaanse tennisfederatie ging akkoord en liet gravel storten in de stierenvechtersarena in Palma de Mallorca. Carlos Moyá won de eerste wedstrijd van Martin Verkerk met 6-1, 7-5 en 6-4. Vervolgens sloeg Juan Carlos Ferrero met 6-2, 6-2 en 6-4 Raemon Sluiter van de baan. In de dubbel speelde Tommy Robredo en Rafal Nadal tegen John van Lottum en Martin Verkerk. De Nederlanders wonnen in een vijsetter: 6-3, 6-2, 3-6, 2-6 en 2-6. In de vierde partij won Ferrero van Verkerk en in de laatste partij verloor Sjeng Schalken van Carlos Moyá. Spanje ging door naar de halve finales.
Natuurlijk was Mallorca Vandaag in 2004 ook van de partij. Allard van Gent sprak voor de wedstrijden in hotel Son Vida met teamcaptain Tjerk Bogstra en Sjeng Schalken. Hieronder staat de bijdrage die destijds in de gedrukte editie van Mallorca vandaag verscheen en ook is opgenomen in het unieke Mallorca boek “Mallorca Vandaag 2001 – 2006“.
Het is dinsdagmiddag 6 april Op het zonnige terras van hotel Son Vida spreek ik met teamcaptain Tjerk Bogtstra en tennisprof Sjeng Schalken over de Davis Cup wedstrijd Spanje – Nederland, die aanstaande vrijdag in de stierenarena van Palma de Mallorca van start gaat.
Zijn jullie al eens eerder op Mallorca geweest?
Tjerk Bogtstra: ‘Ik ben een paar weken geleden hier geweest met onze teammanager om een zogenaamde sightvisit te doen. Kijken hoe de omgeving is, kijken of de hotels goed zijn, de arena bekeken. Daarvoor nooit.’
Sjeng Schalken: ‘Ik ben 2 jaar geleden hier een keer geweest, er was toen altijd een toernooi op Mallorca, dat is nu niet meer. John van Lottum heeft ook een keer hier gespeeld.’
Hoe is de vorm van het Nederlandse team?
Tjerk Bogtstra: ‘Je hebt met verschillende spelers te maken en voor iedereen is het een beetje anders. Maar het begint te komen. We zijn express vroeg hier naartoe gegaan, vrijdag zijn we hier al heen gevlogen. We trainen sinds zaterdag. Dit is onze vierde dag en ik denk dat we de tijd ook wel nodig hebben. Om even te wennen aan de omstandigheden, we spelen op gravel. Dat is alweer een tijdje geleden. Je hebt de tijd nodig om te acclimatiseren. Dat begint nu te komen. We hoeven nu nog niet klaar te zijn, maar vrijdag wel.’
Spelen op gravel. Betekent dat het aanpassen van de tactiek?
Sjeng Schalken: ‘De tactiek blijft hetzelfde. Je lichaam moet er wel aan wennen en fysiek is het wat zwaarder. Zeker, omdat wij als Nederlanders bijna allemaal weinig op gravel hebben gespeeld. Die Spanjaarden spelen er altijd op.’
Tjerk Bogtstra: ‘Hier kun je ook het hele jaar buiten tennissen. Bij ons speel je een half jaar buiten, het andere half jaar binnen omdat het weer het niet toelaat om buiten te tennissen. Een beetje een pré voor de Spanjaarden.’
Spanje heeft meer kansen? Is Spanje favoriet?
Tjerk Bogtstra: ‘Zij zijn favoriet, ze hebben betere prestaties geleverd op gravel en ook op andere ondergronden. Maar in het hedendaagse tennis ligt alles zo dicht bij elkaar dat iedereen van iedereen kan winnen. Daar houden wij ons natuurlijk aan vast. Natuurlijk staan ze niet voor niets zo hoog en is het wel een afspiegeling van wat je het hele jaar gedaan hebt. En zij hebben gewoon twee spelers in de top tien staan. Daarom is het logisch dat zij favoriet zijn. Maar wat Sjeng zegt, als je uiteindelijk op de baan staat tellen de rankings niet meer, het gaat er dan om hoe je op dat moment tennist. Er is altijd van alles mogelijk. Maar dat zij favoriet zijn moge duidelijk zijn.’
Tegen Canada thuis. Nu een echte uitwedstrijd. Maakt dat veel uit?
Sjeng Schalken: ‘Thuiswedstrijden zijn altijd prettiger om te spelen. Nu heb je natuurlijk het publiek tegen. Aan de andere kant betekent het minder druk en kun je wat vrijer spelen. Tegen Canada en de laatste vier, vijf ontmoetingen waren wij de favoriet. Dat is toch wel weer anders.’
Tjerk Bogtstra: ‘Je kan zeggen dat je niets te verliezen hebt, maar aan de andere kant heb je een hoop te winnen. De echte wedstrijdspanning is er tóch wel op het moment dat je begint. Maar wat Sjeng zegt, het is niet zo dat wij de druk op onze schouders voelen dat we hier moeten winnen. Toen we thuis speelden tegen Canada was dat anders. Dan vindt iedereen, inclusief wijzelf, dat we moeten winnen. En dat is natuurlijk een iets andere uitgangspositie dan nu.’
Hoe bekend zijn de tegenstanders?
Sjeng Schalken: ‘Wij kennen die jongens door en door en zij kennen ons. We komen elkaar elke week tegen, zien elkaars wedstrijden elke week.’
Tjerk Bogtstra: ‘Ja, wat dat betreft zijn er weinig verrassingen. Als je tegen een land als Canada speelt dan moet je echt even links en rechts informeren hoe die jongens spelen. Deze jongens kom je inderdaad iedere week tegen.’
Door de vele toernooien spelen de Spanjaarden dus ook op meerdere ondergronden?
Tjerk Bogtstra: ‘De Spanjaarden hebben zich in de loop der jaren ook heel erg verbeterd. Als je 10 jaar of langer terugkijkt, dan zie je dat de Spanjaarden eigenlijk alleen maar goed waren op gravel. Op indoor of gras had je dan altijd een goede loting. Maar dat is nu ook niet meer zo. Die jongens kunnen op alle banen goed uit de voeten. Als je deze generatie vergelijkt met bijvoorbeeld de generatie van Bruguera, die periode, dan zie je nu een andere generatie. De jongens van nu zijn in de breedte veel allrounder.’
De opstelling. Martin Verkerk speelt dubbel?
Tjerk Bogtstra: ‘Ik heb nog helemaal geen opstelling doorgeven aan de jongens. Ik heb het ook nog niet besloten. Zo simpel is het. Het is dinsdag. Ik heb nog geen beslissing genomen. Alle media, ook die in Nederland, krijgen voor donderdag de opstelling niet te horen. Daar houden wij ons altijd heel strak aan.’
De weersomstandigheden. Sommige mensen zeggen dat je in Spanje het gravel en het weer tegen hebt. Maar zo heet is het nu ook weer niet.
Sjeng Schalken: ‘Nu is het eigenlijk fris. Wij zitten vaak op plaatsen waar het boven de 30 graden is. Boven de 35 begint het pas warm te worden.’
Tjerk Bogtstra (lachend): ‘Dan krijgen zij het ook warm. Maar het weer is totaal geen nadeel of wat dan ook.’
Trainingen in Costa d’en Blanes?
Tjerk Bogtstra: ‘Dat hebben we het weekend gedaan. Sinds gisteren zijn we gewoon in de arena. Normaal is het zo dat je zondag aankomt en maandag begint met trainen. Nu zijn we vrijdag al aangekomen. Aangezien je pas maandag op de wedstrijdbaan terechtkan, heb ik er voor gekozen eerst twee dagen bij een andere club te trainen.’
De omstandigheden in de stierenarena?
Sjeng Schalken: ‘Een hele mooie set-up. Ik heb een keer in zo’n arena gespeeld, dat was in Nimes, in Frankrijk. Maar deze is nog veel mooier. Ik denk dat het een fantastische sfeer wordt, helaas tegen ons, maar ik denk dat het het mooiste stadion is waarin ik gespeeld heb.’
Hoe ziet een trainingsdag eruit?
Tjerk Bogtstra: ‘Je probeert zo veel mogelijk met de spelers te overleggen. Zij spelen natuurlijk het hele jaar door toernooien. Dus ze weten van zichzelf heel goed wat ze nodig hebben aan uren. Maar de banen moet je delen met de tegenstander. Het dus niet zo dat je van ’s ochtends negen tot ’s avonds zeven er gebruik van kan maken. Zij hebben de helft van de uren, wij hebben de helft van de uren. Gemiddeld ongeveer 4 uur per dag heb je in ieder geval. Het voordeel hier is wel dat we twee banen tot onze beschikking hebben. Naast de wedstrijdbaan hebben ze nog een baan aangelegd om op te trainen. Je hebt dan iets meer ruimte en speling om dingen te doen. Normaal gesproken heb je dus alleen de wedstrijdbaan waar je met de tegenstander gebruik van kan maken. Dan wordt het wel eens krap qua tijd, ook de rusttijd er tussenin. Dat is nu wat ruimer opgezet, dat is wel lekker.’