Last updated on mei 20th, 2023 at 06:56 pm
Uitgave 20, maart 2003
Op een gegeven moment lukte het me niet meer om ‘s avonds in het dorp les te geven, zonder iemand die me op dat moment verving. Oppas vond ik niet. Ze vonden ons huis te afgelegen en waren bang er alleen met de kinderen te zijn…Vanuit Nederland kreeg ik verwijten om het feit dat ik me niet wat méér om mijn vader bekommerde, terwijl ik, als ik de steeds sporadischer brieven van mijn moeder las (die ook bergafwaarts ging), bijna stikte van verdriet. Het woord “machteloosheid” is hier op zijn plaats.
Ik had mijn gezin met 3 kleine kinderen, hier op Mallorca, schoonfamilie, die regelmatig verzorgd moest worden, Joan, die nooit thuis was en als hij thuiskwam moe was, en dan, in een on-af huis op het platteland. Er waren momenten dat ik door de bomen het bos niet meer zag en begon overal pijn te krijgen, vooral in mijn rug.
Vond nauwelijks begrip als ik mijn situatie uitlegde naar Holland toe. In Mallorca schijnt toch altijd de zon? Bovendien; eigen huis en auto, wat wil je nog meer? Ik legde uit dat de Sociale Zekerheid hier heel wankel stond vergeleken bij die in Nederland en dat daarom iedereen hier een soort “spaarpotje” had, “voor het geval dat..” In vorm van het beleggen in een huis, grond en verder bezit. Maar het leek wel of het niet doordrong.
In de maand april kreeg ik een brief dat mijn vader aan zijn einde was, als ik hem nu nog wilde zien. Bovendien kan ik misschien komen helpen, “om de lasten van de andere even te verlichten?” Het seizoen was allang weer begonnen, dat betekende dat Joan lange dagen van huis was, en ik alleen op het land; hoe moest het dan met alles? In Nederland neem je dan in het geval van Joan “wat snipperdagen op” maar hoe leg je hun uit dat die hier niet bestaan? En dat “geen werk, geen geld” is, terwijl je met een loodzware hypotheek op je huis zit? Dat je in de winter maandenlang zonder inkomsten zit, dat je dan blij bent als je weer aan de slag kunt? Mijn vader heeft me vaak opgebeld. Wel een paar keer per week. En dan hadden we het over elkaar en over de kinderen. Hij praatte altijd zo trots over zijn “klein-kinderen op Mallorca!” En af en toe viel zijn stem weg. Dan legde ik de hoorn weer op de haak en vervolgde mijn werk-zaamheden op het land. In zo’n situatie wegens afstanden zo zwaar…
In april ging ik een week naar Nederland. Met heel wat geschipper kon het een en ander geregeld worden. Joan werkte een paar dagen niet. Dat was de enige optie. Een geschikt oppasadres voor de kinderen was er niet. Zowel pa als ma van onze vrienden, werkten overdag of ’s nachts en oma’s pasten op, na de crèche-tijden. Niemand was thuis, iedereen was druk, druk.
In Nederland werd ik door vrienden opgevangen en ging daarna door naar het ouderlijk huis. ’s Avonds, in het donker, kwam ik aan. Daar lag mijn vader, omringd door zuurstofflessen en potten medicijnen naast zijn bed. Zijn ogen werden zo groot als schoteltjes toen hij mij zag en hij wees meteen naar de kast waar een fles Mallorcaanse likeur stond. “Daar moet op gedronken worden” waren zijn eerste woorden. ..
Ik heb hem een week mee helpen verzorgen. Overdag kookte ik en maakte zijn favoriete gerechten van vroeger voor hem klaar en ’s nachts hield ik de wacht. Hij had, op mijn verzoek, het afgelopen jaar, zijn levensverhaal vanaf zijn geboorte op Java, met veel moeite op papier vastgelegd. We hebben gelachen. We hebben het luchtig en vrolijk gehouden, want zo was hij. De ondertoon was al zwaar genoeg. Hij begon zowaar weer te eten. Volgens de familie hadden ze hem in geen maanden zo gezien. We luisterden naar muziek en hij gaf me aanwijzingen van hoe ik de tuin voor het huis moest bewerken. Ach ja, mijn halve leven had ik doorgebracht met mijn vader in de tuin, maar dan een grote volkstuin. Met fruitbomen, groenten en zelfs knoflook, pinda’s en druiven in de kas. Genoeg voor wel 10 families. En een zéé van bloemen. We waren de beste maatjes. Altijd waren we daar. Bij nacht en dag, weer en wind. En als het regende of hagelde zaten we daar met z’sn 2-en in het tuinhuisje koffie te drinken…
En toen moest ik weer terug naar Mallorca. De week was voorbij. Mijn vader achterlatend zoals ik hem aangetroffen had. In Mallorca wachtte mijn gezin, mijn kindertjes. Hier liet ik mijn stervende vader achter: zal iemand ooit begrijpen hoe hartverscheurend dit was?
Ik kwam aan op het vliegveld Palma de Mallorca. Mijn hart nog vol van de afgelopen ervaringen en mijn hoofd voorbereidend op wat me hier en nu wachtte! Een gezin dat me 100% nodig had, hier en nu. Toen ik ineens uitgescholden en toegesnauwd werd door een paar Guardia Civils die mijn paspoort wilden zien en ik hen niet in het Spaans antwoordde maar in een paar woorden Catalaans. Op dat moment draaide alles voor mijn ogen.
Clementine