Last updated on mei 20th, 2023 at 06:57 pm
Uitgave 7, februari 2002
Het eerste jaar in Campos, waren we meer onderweg dan thuis. Joan was namelijk bezig met het schrijven van een boek over uitstervende Mallorcaanse dierenrassen. Daar hoorden veel foto’s bij. Zo heb ik duizend landweggetjes leren kennen, kriskras over het hele eiland. De inheemse bevolking en hun, toen eenvoudige leefwijze. We maakten ook voettochten en brachten wel eens een weekend door in een klooster. Zoals Sant Salvador in Felanitx en “El Puig” in Pollença. Dat was de bergen steil omhoog klimmen. Het was al donker toen we eindelijk aankwamen. Toen we aanklopten riepen de nonnen verschrikt uit wat er aan de hand was. Ik was 7 maanden zwanger en dan hier, zo hoog en in het donker en te voet. Ze staarden ons aan alsof we Jozef en Maria waren; het enige dat ontbrak was de ezel. Ik werd meteen binnen bij de open haard gezet met een beker warme melk.
Toen Joana geboren werd, was het een koude winter. Er lag sneeuw in Randa, bij Llucmajor en binnen konden we het nauwelijks warm krijgen met een gaskachel en een elektrische plaat, later werd dat een houtkachel. Ineens, in tijd van een jaar, had ik een gezin, was getrouwd en woonde in Campos, dat was wel even wennen. Totdat haar broertje, Jordi Lluc geboren werd, 2 jaar later nam ik haar na een paar maanden mee op de onderzoekingen voor Joans boek. Ze sliep in een campingbedje in onze oude Jeep en ik gaf haar de fles in restaurants.
Ik had aardige buren, bijna allemaal al op leeftijd. Er waren buren, die, ja je leest het goed, versteld ondergoed aan de lijn hadden hangen. Het toilet was een houten hokje buiten en er werd in de pati gekookt, ook ’s winters. Er waren nog veel zulke huizen zonder keuken of badkamer. Er waren wel jonge gezinnen in de straten verderop maar, omdat het nog niet de gewoonte was dat die kinderen bij elkaar thuis speelden, zag je ze niet. De ouders werkten overdag en de kinderen werden òf naar een grootouder gebracht òf naar de “guarderia”, een soort crèche, die twee jaar later werd opgericht. Met Joana kon ik heerlijk in het Nederlands babbelen en als zei ze in het begin weinig terug , haar gebrabbel was prachtig. Ik las haar Nederlandse boekjes voor, zong Nederlandse liedjes en deed Nederlandse spelletjes met haar. Ik kan me niet voorstellen in een vreemde taal met je eigen kind te praten en haar op te voeden . Voordat ze een jaar was leerde ze het spelletje: “Wat zegt een koe?!“, zij: “Boeh”, “Wat zegt een kat?”, zij: ”Miauw”, “Wat zegt een eend?”, zij :”Kwak, kwak, kwak, enz.”. Dat vonden de mensen prachtig. Mijn vader had een zandbak aangelegd in de tuin en in de zomer zette ik daar grote plastic teilen water neer en stapte op ouders met kleine kinderen af om ze uit te nodigen met Joana te komen spelen. In het begin stonden de ouders daar erg terughoudend tegenover als ze de zandbak zagen, dat was volkomen nieuw voor ze, en dan nog water erbij, wat zouden hun kinderen vuil worden! Het heeft me wat moeite en uithoudingsvermogen gekost om hen toch zover te krijgen. Het duurde een paar maanden , maar toen kwamen ze toch. De ouders niet erg op hun gemak maar de kinderen hadden het des te meer naar hun zin. Joana werd 2 jaar. Verjaardagen werden niet gevierd. Mijn schoonouders woonden ook in Campos. Op de dag van mijn man’s verjaardag feliciteerde ik hen met de verjaardag van hun zoon. Hun reactie: “Oh, was Joan vandaag jarig?” Ze waren het vergeten. De naamdagen werden wel gevierd, d.w.z. er werd een grote ensaimada aangesneden, er werd wat bij gedronken en dat was het dan. Dat wilde ik veranderen. Ik wilde de verjaardagen wél vieren. Met één jaar was Joana nog te klein maar voor haar tweede verjaardag hebben we samen uitnodigingskaartjes gemaakt voor de kinderen uit de omgeving met de tijd wanneer het verjaardagsfeest begon. Alleen dat al was een feest om samen die kaartjes te maken. En natuurlijk werd er een taart gebakken waar de twee kaarsjes op zouden staan. In totaal 15 kaartjes. 8 kinderen kwamen! Wat een succes! Toen ze er allemaal waren hebben we een liedje rond de taart met kaarsjes gezongen. Joana blies de kaarsjes uit en toen begon het feest. De kamer hing vol met slingers, ballonnen en lampionnetjes en ik had een lijstje gemaakt van Nederlandse spelletjes die we zouden doen. De stoelendans vonden ze prachtig; ik speelde erbij op de mondharmonica, ze konden er geen genoeg van krijgen! Daarna was Ezeltje Prik aan de beurt en toen koekhappen en ballontrappen. Wat hebben ze gelachen en ook af en toe op hun neus gekeken. De grabbelton was er natuurlijk ook bij. De stoelendans deden we op straat, de pati was hiervoor te klein. Mensen keken hun ogen uit! Wat is hier aan de hand! Sommige ouders bleven bij hun kind, die vertrouwden het niet helemaal. Kortom, het was een dag met een sterretje! De volgende dag kwam er een vriend langs: “Clementine, wat heb je noù gedaan, mijn dochter zegt dat ze óók een feest op haar verjaardag wil!” En zo werd het vieren van verjaardagen een feit!
Clementine