Gezellig eten en drinken bij Carmen en Frank: La Terraza bestaat 30 jaar

Frank en Carmen vormen het gezicht van La Terraza

Last updated on mei 20th, 2023 at 06:49 pm

Vandaag was het druk op de Facebookpagina van Le Terraza. Waarom? Dat verklaart dit bericht:

¡Estamos de celebración! Nuestro querido bar cumple 30 años, que se dice pronto! Muchísimas gracias a todos nuestro amigos clientes por hacerlo posible. Amigos compartid vuestros recuerdos con nosotros en los comentarios, nos haría muy felices.Por muchos años más 

Reden genoeg om op deze plek het artikel over La Terraza te publiceren dat 20 jaar geleden in de gedrukte uitgave van Mallorca Vandaag verscheen. Destijds bezocht ik het bijzondere café-restaurant  en sprak met Carmen en Frank. Hieronder de tekst:

Gezellig eten en drinken bij Carmen en Frank

Er zijn bepaalde bars en restaurants waar je voor de eerste keer binnenkomt en je je al snel op je gemak voelt. Even thuiskomen in een restaurant wat je nog niet kent. Is het magie of is het gewoon de sfeer? Bij restaurant la Terraza zijn het vooral de uit Monnickendam afkomstige Frank en zijn Andalusische vrouw Carmen dier ervoor zorgen dat de gasten telkens weer terugkeren. Onder de wielrenners op Mallorca is la Terraza een begrip. Hier tref je niet alleen toerfietsers, maar kun je ook Olympisch kampioen Leontien van Moorsel of Jan Ulrich tegen het lijf lopen.

Frank en Carmen vormen het gezicht van la Terraza. Ze doen alles samen. Dat betekent dat ze zelf zowel kunnen koken, bedienen, schoonmaken, noem maar op. Wie hier binnenkomt, ziet meteen dat dit een echte ontmoetingsplaats is voor wielrenners. Het plafond vormt een kleurrijke hemel van bonte wielershirts van bekende en minder bekende renners. Aan de wand hangen de foto’s van beroemde sporters die ooit een bezoek brachten aan la Terraza. Op de televisie is een sportuitzending. Geen wielrennen, want dan was het restaurant veel voller geweest. Gisteren, de dag vóór dit interview, toonde de televisie de wielerklassieker Luik – Bastenaken – Luik. Buiten was het nog mooi weer, maar binnen zaten meer dan 65 man. Professionele wielrenners, amateurs, oud en jong, alles door elkaar.

Aan een tafeltje bij de bar spreek ik met Frank. Carmen staat achter de bar. Het liefst wil ze daar tijdens mijn bezoek blijven staan, want ze hoeft niet zo nodig op de voorgrond te staan. Gelukkig weet ik haar nog over te halen om ook iets te vertellen, want la Terraza hebben zijn per slot van rekening met z’n tweeën opgebouwd.



Franks is nu 21 jaar op Mallorca. Hij is een horecaman in hart en nieren. Op zijn vijftiende begon hij al als kelner, daarna leerling-kelner, barkeeper en chef-barkeeper. In 1981 begon hij bij bar-bistro de Amsterdammer van Piet en Nel. Piet was een Monnikendammer, Nel een Volendammer. Frank kon zes maanden in de bistro werken. Hij leerde zijn vrouw kennen, ging nog een keer terug naar Nederland en na twee jaar kwam hij blij weer terug op Mallorca. ‘Ik ben op m’n knieën teruggekomen. Ik was zo blij dat ik weer hier was.’

Vooral de manier van werken op Mallorca vindt Frank ideaal. ‘In Holland heb je je stampubliek, je weet precies wie er hoe laat binnenkomt. Hier zijn de mensen op vakantie, er heerst een hele andere sfeer. Maar in Holland was het ook leuk. Ik was bedrijfsleider in het Ceintuurtje in Amsterdam.’

Op Mallorca begonnen ze met café de Joker. Het café liep goed, maar door de hoge kosten en problemen met de huurcontracten waren ze gedwongen te stoppen. Frank werkte daarna nog een tijdje in Latino en in café Oberbayern. Daarna begon hij met la Terraza. In het hotel in de buurt verbleven vroeger veel Engelse wielrenners die ’s avonds altijd even langskwamen. Toen Fred Rompelberg (organisator van fietstochten op Mallorca) in het hotel kwam, nam ook het aantal nationaliteiten toe.

In la Terraza krijg je de Nederlandse kaart met een gedeelte in het Duits en het Spaans. De Spanjaard eet hier graag zijn spareribs. Je kunt hier ieder dag terecht. Er is een ontbijt, lunch en avondeten. Ook kun je tussendoor een snack eten of gewoon aan de bar gezellig iets drinken. Heeft u heimwee naar een kaassoufflé of een kroketje, dan kunt u hier dus terecht. Ook de zelf gegrilde saté is onwaarschijnlijk lekker. Dit is een tip die ik uit eigen ervaring kan geven.

De gasten in la Terraza worden allemaal gelijk behandeld. Netjes, correct en toch ook met een beetje humor. Frank: ‘Bij het personeel stel ik het ook op prijs als ze schone nagels hebben en schone kleding. Momenteel werken we met een Duitse en een Nederlandse jongen. De Duitse Lars werkt hier alweer twee of drie jaar. Robert, een Hollandse jongen, is net als Lars goudeerlijk en doet nu ervaring op in het horecavak. Het voordeel is dat hij ook echt zin heeft om iets te leren. Je kunt het zo zien. Carmen en ik zijn één. Lars is de rechterhand en Robert mijn linkerhand.”



Het restaurantgebeuren speelt zich in de zomer voornamelijk buiten af. ‘Binnen wordt dan niks meer klaargemaakt. We bereiden dan alleen nog de sauzen voor. Buiten wordt alles gebakken en gegrild. De mensen kunnen aan de bar zitten en zien hoe we het doen. Er wordt hier niets verstopt. Met hygiëne ben ik heel scherp. Wij werken alleen met tangen. Alles wordt met een tang aangepakt.’

Aan de rand van het terras staat een boomstronk. Alleen de koppen van de ingeslagen spijkers kun je nog zien. Zomers wordt hier namelijk fanatiek het “spijkertje slaan” beoefend. Frank: ‘Dan ben je met z’n vijven of zessen. Om de beurt sla je met de punt van de hamer de spijker een beetje in de boomstronk. Degene die de laatste erin slaat moet een rondje geven. En die punt van de hamer is echt heel spits. Maar er zijn ook mensen die hier dobbelen en kaarten.’

Het publiek in la Terraza is internationaal met vooral veel Duitsers en Nederlanders. ‘Maar er is nog nooit rottigheid geweest. Dat ligt er waarschijnlijk aan dat wij zoiets meteen merken. Of het nu een Duitser of een Hollander is, zo iemand ligt er meteen uit. Natuurlijk geldt dat voor iedereen. Je hebt gewoon je regeltjes en als iedereen zich daaraan houdt, is er niets aan de hand. We krijgen trouwens ook al jaren Scandinaviërs op bezoek.’

Tijdens het interview loopt een van de twee dochters nieuwsgierig voorbij. Het is Francis, de jongste dochter. ‘Ze zegt altijd dat haar naam nooit wordt genoemd. Het is altijd Carmen en Frank’, vertelt Frank. Wel, nu hebben we Francis’ naam al twee keer genoemd. De andere dochter heet Angela en als alles lukt gaat zij dit jaar naar de universiteit. ‘In de tussentijd werkt ze bij ons, zo’n tweeënhalve maand. Ze spreekt Nederlands, Duits, Engels, Spaans en Catalaans. En ze weet precies hoe het er hieraan toe gaat. De gasten vinden dat ook leuk. Die kennen haar nog van toen ze heel klein was’, vertelt Frank.

Tot slot spreek ik dan toch nog met Carmen. Hoe is het om als Spaanse vrouw plotseling in Monnickendam te wonen en nog geen woord Nederlands te kunnen? ‘De taal leerde ik via neefjes en nichtjes, maar vooral via Sesamstraat en het Belgische kinderprogramma Tic Tac. Als ik Nederlands sprak, dan had ik vriendinnen die me altijd corrigeerden. Ik heb gemerkt dat je het moet durven gebruiken. Uitproberen. Zeg je iets fout, dan zeg je het fout. En blijven oefenen’, vertelt de goed Nederlandssprekende Carmen.



Ze komt uit het Spaanse Andalusië en is in 1969 naar Mallorca gekomen. Na twee weken vakantie met Frank besloten ze in Nederland te blijven. Carmen: ‘De cultuur is anders en kun je niet vergelijken. Dan moet je je aanpassen. Ik heb me dus niet opgesloten, maar ben naar buiten gegaan. Soms had je natuurlijk wel een beetje heimwee. Je bent zwanger en je vader en moeder zijn er niet. Maar het beviel me goed. In het begin dacht ik nog “oh, ik ben een buitenlander, ze gaan me vreemd aankijken”. Maar dat was gelukkig niet het geval.’

La Terraza ligt aan de Playa de Palma. Eigenlijk op de grens tussen de Duitse en de Nederlandse wijk. Frank: ‘Veel mensen die naar de Duitse wijk gaan, beginnen hier en komen later weer terug voor een afzakkertje. De Hollanders beginnen hier ook, gaan naar de andere kant en komen ook weer terug. Toen ik hier tien jaar geleden begon, was ik de enige horecazaak in dit gebied. Het was alleen maar braakliggend terrein met oude auto’s en troep. Dat is nu allemaal opgeknapt. Veel mensen dachten toen nog “dat redt hij nooit”. Wat wij niet hebben zijn p.r.-mensen (redactie: dit zijn mensen die op straat de gasten proberen binnen te lokken). Je ziet het bij veel andere zaken, maar ik vond het zonde. Als de klant iets leuks ziet, gaat hij er zelf wel naar toe. De beste p.r.’s zijn onze gasten. Want de één praat met de ander en het is allemaal een kwestie van horen en zeggen. Het is toch mooi als de mensen vanzelf komen.’

Door: Allard van Gent

Dit artikel verscheen in mei 2002 in de gedrukte Mallorca Vandaag en is opgenomen in het boek “Mallorca Vandaag 2001 – 2006” (ook te koop in Spanje via MiBestseller.es)